Artistieke impressie van een exoplaneet.
Foto: ESO

Sinds eind de jaren '90 weten we zeker dat ons zonnestelsel niet het enige planetenstelsel is in het universum waar planeten rondom een ster draaien. Astronomen noemen planeten rond andere sterren exoplaneten. Hun bestaan wordt vooral afgeleid door indirecte waarnemingen en daarop gebaseerde berekeningen. De laatste jaren investeren tal van ruimtevaartorganisaties en wetenschappelijke instellingen massa’s geld in technologie die kan helpen naar de zoektocht van exoplaneten waardoor in november 2012 het aantal ontdekte exoplaneten op 840 stond en de laatste jaren de ene noemenswaardige ontdekking na de andere gedaan wordt.

 

Aangezien planeten zelf geen licht uitstralen, zijn dit dus zeer zwakke lichtbronnen waardoor ze zeer moeilijk te ontdekken zijn. Daarbij komt dan nog eens dat deze planeten zich meestal ook dicht bij hun ster bevinden waardoor het zeer moeilijk wordt deze objecten waar te nemen met traditionele telescopen. De eerste exoplaneten werden in 1991 ontdekt door de sterrenkundigen Aleksander Wolszczan en Dale Frail aan het Arecibo observatorium. Zij ontdekten twee exoplaneten waarvan de massa te vergelijken viel met die van de Aarde. Ze draaiden beiden rond de pulserende ster PSR 1257-12. Deze pulsar bevindt zich op een afstand van ongeveer 1.000 lichtjaar van de Aarde. Astronomen over de hele wereld keken verbaasd toe naar deze ontdekking omdat planeten niet verwacht werden in de buurt van een pulsar doordat deze het restant is van een supernova ontploffing. Drie jaar later ontdekte men rond dezelfde pulsar een derde planeet en in 1996 een vierde met een massa vergelijkbaar met Saturnus maar in 2002 kwamen astronomen terug op de allereerste ontdekking waardoor pulsar PSR 1257-12 nu drie planeten heeft.

In 1995 werd de eerste exoplaneet ontdekt rondom een normale ster door de Zwitserse astronoom Michel Mayor en dit in het sterrenbeeld Pegasus. Na de ontdekking van 51 Pegasis B ontdekten astronomen steeds meer en meer exoplaneten. In april 1999 kondigden astronomen van het Anglo-Australian Observatory aan het eerste planetaire systeem te hebben ontdekt rondom een normale ster dat bestaat uit drie Jupiterachtige planeten. Door deze ontdekkingen nemen astronomen aan dat planeetsystemen met meerdere planeten vaak voorkomen waardoor de kans dan ook groter wordt op een dag een aardachtige planeet te ontdekken. Halverwege 2006 werden al meer dan 200 zogenaamde exoplaneten ontdekt rond andere sterren. Dankzij nieuwe apparatuur en technieken kan men nu ook zeer kleine planeten gaan opzoeken.

De meeste exoplaneten die ontdekt worden, moeten vanwege hun grote massa gasreuzen zijn zoals de planeet Jupiter. Opvallend aan deze objecten is dat ze zeer dicht bij hun ster staan in vergelijking met de planeten uit ons zonnestelsel. In 2004 werd voor het eerst een exoplaneet ontdekt die slechts 14 maal de massa heeft van onze Aarde. Dankzij deze ontdekking vermoeden astronomen dan ook dat het hier gaat om een zogenaamde terrestrische planeet of een planeet zoals de Aarde die opgebouwd is uit vaste stoffen. Op 18 mei 2006 werd dan weer voor het eerst een planetenstelsel ontdekt waarbij geen Jupiter-achtige planeten deel uitmaken van dit stelsel maar het hier gaat om drie planeten met een massa van 10, 12 en 18 maal die van de Aarde die draaien rondom de ster HD69830 en zich bevindt in het sterrenbeeld Achtersteven.

Sinds 2002 worden jaarlijks enkele tientallen planeten rondom andere sterren ontdekt waarvan sommige zeer bijzondere kenmerken hebben. Volgens berekeningen zou 10% van alle sterren die gelijken op die als onze Zon één of meerdere planeten bezitten. Volgens vele astronomen is de exoplaneet Gliese 581d de enige planeet die zou kunnen lijken op een planeet als de Aarde doordat deze zich in een goede positie rondom zijn ster bevindt en wellicht bestaat uit vaste materialen.

Kris Christiaens

K. Christiaens

Medebeheerder & hoofdredacteur van Spacepage.
Oprichter & beheerder van Belgium in Space.
Ruimtevaart & sterrenkunde redacteur.

Dit gebeurde vandaag in 1999

Het gebeurde toen

Twee kleine sondes maken zich los van de Amerikaanse ruimtesonde Deep Space 2 en begeven zich naar het Marsoppervlak. Helaas verloor men tijdens de afdaling naar het Marsoppervlak alle communicatie met de twee sondes. De probes wogen in totaal slechts 3,6 kg en waren bedoeld om als eerste ruimtetuigen ooit onder de oppervlakte van een andere planeet door te dringen. Het onderste deel zou zich 0,6 meter diep in de Marsbodem penetreren en het bovenste deel zou op het oppervlak blijven om data door te sturen naar de Mars Global Surveyor. Foto: NASA

Ontdek meer gebeurtenissen

Redacteurs gezocht

Ben je een amateur astronoom met een sterke pen? De Spacepage redactie is steeds op zoek naar enthousiaste mensen die artikelen of nieuws schrijven voor op de website. Geen verplichtingen, je schrijft wanneer jij daarvoor tijd vind. Lijkt het je iets? laat het ons dan snel weten!

Wordt medewerker

Steun Spacepage

Deze website wordt aan onze bezoekers blijvend gratis aangeboden maar om de hoge kosten om de site online te houden te drukken moeten we wel het nodige budget kunnen verzamelen. Ook jij kunt uw bijdrage leveren door ons te ondersteunen met uw donatie zodat we u blijvend kunnen voorzien van het laatste nieuws en artikelen boordevol informatie.

100%

Sociale netwerken