De meeste gevallen meteorieten worden ontdekt op basis van ooggetuigen die een grote vuurbol zagen aan de hemel of een impact zagen van het object met de grond. Slechts enkele meteorieten werden geobserveerd met camera's en werden uiteindelijk gevonden door berekeningen van het inslagpunt. De eerste meteoriet die ontdekt werd, is de Pribram-meteoriet. Deze viel in Tsjechië in 1959. In dit geval waren er twee camera's die deze vuurbol op de gevoelige plaat hebben gezet. Deze beelden werden gebruikt om de locatie van het inslagpunt te bepalen en om voor het eerst ook een accurate baan van de meteoriet samen te kunnen stellen.
Volgend op de Pribram-meteoriet begonnen andere landen en wetenschappelijke instellingen geautomatiseerde observatieprogramma's op te starten en inkomende meteorieten de bestuderen. Eén van deze was het Prairie Netwerk dat bestuurd werd door de Smithsonian Astrophysical observatorium. Dit programma liep van 1963 tot 1975 in het westen van de Verenigde Staten. Dit onderzoeksprogramma observeerde ook een meteoriet, genaamd de 'Lost City' chondriet, die toeliet een berekening te maken van haar baan. Een ander programma in Canada, het Meteorite Obervation and Recovery Project, die van 1971 tot 1985 actief was, vond in 1977 eveneens een meteoriet. Het Europese Vuurbollennetwerk, afkomstig van het Tsjechische programma dat de Pribram-meteoriet had ontdekt, ontdekte ook de Neuschwanstein meteoriet in 2002. Ook hier kon een baanberekening worden opgesteld. Tot voor de 20ste eeuw waren er over de hele wereld slechts enkele honderden meteorieten ontdekt. Meer dan 80% waren ijzermeteorieten en steen-ijzermeteorieten welke eenvoudig te onderscheiden zijn van gewone rotsen op Aarde. Tot deze dag worden slechts enkele steenmeteorieten gemeld elk jaar en worden meestal aanzien als 'toevallige vondsten'. De reden waarom er nu meer dan 30 000 meteorieten gekend zijn in de wereld begon bij de ontdekking door Harvey H. Nininger die vele meteorieten had gevonden en wist waar hij diende te kijken.
De grote vlakten van de Verenigde Staten
Niningers strategie was te zoeken naar meteorieten in de grote vlakten van de Verenigde staten, waar het land weinig rotsen bevatte en erg vlak was. Tussen 1920 en 1950 reisde hij langs dit gebied, leerde de lokale bevolking hoe meteorieten eruit zagen en wat ze dienden te doen als ze er één hadden gevonden, bijvoorbeeld bij het doorzoeken van een veld. Het resultaat was dat er meer dan 200 nieuwe meteorieten ontdekt werden waarvan de meeste steenachtig. Eind de jaren '60 was de omgeving van Roosevelt County in New Mexico een goede plaats om meteorieten te ontdekken. Na de ontdekking van enkele meteorieten in 1967 was een publieke campagne het resultaat voor het vinden van 100 nieuwe meteorieten in de jaren die daarop volgden. Veel van deze meteorieten werden ontdekt door één enkele persoon, Ivan Wilson, die in totaal sinds 1967 ongeveer 140 meteorieten vond. In het zoekgebied was de grond bedekt door een dunne losse verharde laag. Tijdens stofstormen waaide deze losse laag weg waardoor uiteindelijk de meteorieten 'bloot' kwamen te liggen.
Antarctica
Slechts enkele meteorieten werden tussen 1912 en 1964 op Antarctica gevonden totdat in 1969 de tiende Japanse Antarctische onderzoek expeditie plaatsvond. Dit resulteerde in negen meteorieten die men ontdekte op een blauw ijsveld nabij de Yamato bergen. Met deze ontdekking kwam met tot de vaststelling dat de beweging van ijslagen op bepaalde gebieden een concentratie van meteorieten kon herbergen. Het team vond uiteindelijk meer dan 700 meteorieten. Kort daarna kwamen de Verenigde Staten met een zoekprogramma eveneens naar Antarctische en verrichte zij een zoektocht nabij de Transantarctische bergen aan de andere zijde van het continent. Dit onderzoeksprogramma kreeg de naam ANtarctic Search for METeorites (ANSMET). Europese teams startte met het project EUROMET eind de jaren '80 dat werd verdergezet door een Italiaans programma dat ook systematisch naar meteorieten op zoek ging op Antarctica. Een Chinees onderzoeksprogramma, de Antarctic Scientific Exploration of China, vond sinds 2000 reeds meer dan 23 000 meteorieten op Antarctica waarvan enkele duizenden nog niet geclassificeerd zijn.
Australië
Ongeveer rond dezelfde periode als de meteorietconcentraties die ontdekt werden op de koude verlaten ijsvlakten van Antarctica vond men aan de andere kant van de wereld veel meteorieten in de hete woestijn van Australië. Tientallen meteorieten werden ontdekt in de Nullarbor regio in het westen en het zuiden van Australië. Systematische zoektochten tussen 1971 en 2000 brachten meer dan 500 meteorieten op waarvan ongeveer 300 goed gekarakteriseerd zijn. Deze meteorieten werden gevonden in een regio dat plat en leeg is en bedekt is met kalksteen. Door het extreme klimaat en weinig invloeden van het lokale weer zorgt dit ervoor dat de meteorieten zonder zware graafwerken terug te vinden zijn. De donker gekleurde meteorieten kon men uiteindelijk ook goed herkennen tussen de verschillende kalksteenbolletjes en rotsen.
De Sahara
Een Duits team dat een netwerk van seismische stations bouwde in 1986 en 1987 vond maar liefst 65 meteorieten op een vlak gebied ten zuidoosten van Dirj in Libië. Deze waren een eerste hint dat er ongetwijfeld grote hoeveelheden meteorieten konden gevonden worden in sommige delen van de Sahara. Enkele jaren later zag een anoniem persoon foto's van de expedities op Antarctica en concludeerde hij dat hij gelijkaardige zaken had gezien in Noord-Afrika. Hij keerde terug naar Algerije en ontdekte meer dan 100 meteorieten op minstens vijf locaties. In de jaren die daarop volgden, werden nog minstens 400 meteorieten gevonden op dezelfde locaties en enkele nieuwe locaties in Algerije en Libië. Deze gebieden zijn erg vlak en er bevinden zich geen noemenswaardige objecten op het oppervlak buiten enkele kleine steentjes en zand. Donker gekleurde meteorieten vallen op deze locaties dan ook erg goed op en worden goed bewaard omwille van het hete, dorre klimaat.
Meteorieten werden nog verkocht aan de amateurs en hobbyisten voor vele tientallen jaren maar sinds de vondsten in de Sahara eind de jaren 1980 en begin de jaren 1990 werden vele meteorieten tentoongesteld in musea en gelijkaardige instituten waar ze dienden voor wetenschappelijk onderzoek. Door de grote aantallen die men vond in de eenvoudigste plaatsen leidde dit tot een snelle stijging van commerciële verkoop van meteorieten. Dit proces werd versneld in 1997 wanneer meteorieten van de Maan en Mars gevonden werden in Libië. Eind de jaren '90 kwamen er ook privé expedities om op zoek te gaan naar meteorieten. Het meeste materiaal afkomstig van privé expedities werd helaas verkocht aan privé-verzamelaars. De expedities zorgden er voor dat het aantal goed beschreven meteorieten in Libië en Algerije opliep tot boven de 2 000. Door de grote meteorietenruil en de meteorietenmarkt, vooral in Marokko, begonnen ook Nomaden met de woestijn af te speuren naar meteorieten en deze vervolgens te verhandelen zonder enige informatie erbij te verstrekken over de vindplaats en datum van de ontdekking.
Oman
In 1999 vonden meteorietjagers de woestijn van centraal Oman de perfecte plaats voor het ontdekken van vele soorten meteorieten. De gravelvelden in de Dhofar en Al Wusta regio's van Oman, ten zuiden van de zanderige woestijnen van Rub' al Khali, herbergden meer dan 2 000 meteorieten. Dit omvatte een groot aantal Maan en Marsmeteorieten wat van Oman een belangrijk gebied maakte voor onderzoekers en verzamelaars van meteorieten.