Dankzij de legendarische Hubble Space Telescope hebben wetenschappers sporen van waterdamp aangetroffen in de atmosfeer van vijf exoplaneten. De planeten zelf zijn zogeheten 'hete Jupiters', gasvormige reuzenplaneten, die zich op kleine afstand van hun moederster bevinden en waar extreem hete temperaturen voorkomen. Voor astronomen is dit opnieuw een bewijs dat water in het heelal meer voorkomt dan we denken.
Twee teams van onderzoekers gebruikten de Wide Field Camera 3 aan boord van de Hubble ruimtetelescoop om het licht afkomstig van de moedersterren te analyseren dat doorheen de atmosferen van de vijf exoplaneten scheen. De metingen werden verricht op infrarode golflengten wanneer de exoplaneten zich, vanaf de Aarde gezien, voor hun moederster bewogen. Een klein deel van het licht afkomstig van de moederster bereikt ons via de dampkring van deze exoplaneten. De onderzoekers analyseerden uiteindelijk dit beetje licht dat doorheen de dampkring scheen en haalde hier de spectrale vingerafdruk uit. In alle vijf de atmosferen van deze exoplaneten werden via deze methode sporen van waterdamp ontdekt. Bij veel gevallen was de hoeveelheid aangetroffen waterdamp minder groot dan eerst werd gedacht. Mogelijk komt dit door de dikke laag smog die bij veel hete Jupiters voorkomt. De grootste aanwezigheid van waterdamp werd ontdekt bij de planeten WASP-17b en HD209458 b. WASP-17b is een planeet rondom de ster WASP-17 in het sterrenbeeld Schorpioen en bevindt zich op een afstand van ongeveer 1 000 lichtjaar van de Aarde. Deze exoplaneet heeft de grootste diameter van alle exoplaneten tot nu toe bekend en met de helft van de massa van Jupiter is het ook de minst dichte planeet ooit. De exoplaneet HD209458 b, die ook de bijnaam 'Osiris' kreeg, ligt meer dan 150 lichtjaren verwijderd van de Aarde en heeft een diameter die 1,3 maal zo groot is als die van Jupiter.