Het Amerikaanse Apollo project is vandaag de dag nog steeds het duurste, grootste en meest succesvolle ruimtevaartproject uit de Amerikaanse ruimtevaartgeschiedenis. Dit project zorgde ervoor dat twaalf mensen tussen 1969 tot 1972 wandelden op de Maan. Amerika versloeg uiteindelijk de Sovjet-Unie in een hevige strijd om als eerste een mens te laten lopen op de Maan. Wegens een te duur prijskaartje en de oorlog met Vietnam werden de laatste geplande Apollo missies geannuleerd waardoor er na 1972 nooit nog een mens voet zette op het oppervlak van onze trouwe buur.
Op verzoek van de president
Op 25 mei 1961 kondigde toenmalig president John F. Kennedy in een mededeling aan het land aan dat er voor 1970 een mens zou landen op de maan en dat deze veilig terug zou keren naar de Aarde. Hiermee werd officieel het startsein gegeven van de woelige strijd om de maan. Eén van pioniers van ruimtevaart, Werhner von Braun, werd aangesteld om de krachtige Saturn maanraket te ontwikkelen en op het Kennedy Space Centrum werd een gigantische montagehal gebouwd en twee lanceercomplexen die de meer dan 100 meter hoge Saturn V maanraket vanop deze plaats moest assembleren en lanceren. In totaal omvatte het Apollo programma elf bemande ruimtevluchten. Het project kreeg van in begin al te maken met een grote ramp doordat tijdens een simulatie-oefening van de eerste Apollo vlucht drie astronauten om het leven kwamen door een brand die uitbrak in hun Apollo ruimtecapsule op het lanceercomplex. Het Apollo project liep meteen enkele jaren vertraging op na dit tragische ongeval. Hierdoor werd nog maar eens duidelijk welke grote risico’s zouden moeten worden genomen om een mens op de maan te brengen. De Apollo 7 missie was de eerste bemande missie uit het project. Hierbij werd een Saturn 1-B raket gebruikt voor het lanceren van de Apollo capsule met daarin de crew. Tijdens deze missie zou de ruimtecapsule in een baan om de Aarde uitvoerig getest worden. Tijdens de volgende Apollo missie, Apollo 8, zouden drie mensen voor het eerst een vlucht maken naar de maan en er omheen vliegen en zou men voor het eerst ook enkele dagen verblijven in de Apollo ruimtecapsule. De Lunar Module of maanlander werd tijdens de Apollo 9 vlucht voor het eerst gekoppeld en getest aan de Apollo ruimtecapsule. Tenslotte was de Apollo 10 missie de laatste testvlucht uit het project. Hierbij werd een Apollo ruimtecapsule met maanlander in een baan om de maan gebracht waarna de crew de maanlander loskoppelde om deze daarna terug te laten koppelen aan de commandomodule van de Apollo ruimtecapsule.
Foto: NASA
Wedloop naar de Maan
Niet enkel Amerika was in de buurt van de maan geraakt met hun technologie maar ook de Sovjet-Unie was er in gelukt om een onbemande ruimtecapsule in een baan om de maan te brengen waarna deze terugkeerde naar de Aarde. De Sovjet-Unie bleek echter wel veel minder succes te hebben met hun N-1 maanraket doordat deze raket viermaal werd gelanceerd. Tijdens elke missie faalde om een maanlander en ruimtecapsule in een baan om de Aarde te brengen. Amerika bereikte in juli 1969 wel als eerste land zijn doel door twee mensen tijdens de Apollo 11 missie als eerste op de maan te laten landen en deze na enkele dagen opnieuw terug te brengen naar de Aarde waar ze werden ontvangen als ware helden. De Apollo 12 maanlander landde op 180 meter van de Amerikaanse Surveyor 3 maansonde en opnieuw bleek deze missie een groot succes te zijn. In maart 1970 werd Amerika voor een tweede maal geconfronteerd met de risico’s van dit project doordat tijdens de Apollo 13 vlucht naar de maan zich plots een explosie voor deed in de commandomodule van het Apollo ruimtetuig waardoor dit tuig onbestuurbaar bleek te zijn en de bemanning zich moest begeven in de maanlander. De missie werd afgebroken. Nadat de Apollo 13 astronauten zich in hun ruimtetuig rond de maan hadden begeven, keerden zij gelukkig veilig terug naar huis. In 1971 landde twee Apollo maanlanders op het maanoppervlak en opnieuw liepen telkens twee astronauten over de maan waarbij ze tal van wetenschappelijke experimenten uitvoerden en bodemstalen van de maan terug brachten naar de Aarde. Tijdens de Apollo 15 missie in 1971 werd voor het eerst ook een maanwagen meegenomen waardoor de astronauten zich verder weg konden begeven van de maanlander. De laatste twee maanlandingen werden in 1972 uitgevoerd door de Apollo 16 en 17 crew.
Foto: NASA
Het einde van het Apollo programma
Na het Apollo project werd de krachtige Saturn V raket nog éénmaal gebruikt om het Amerikaanse ruimtestation Skylab in een baan om de Aarde te brengen. Tijdens dit project werden nog eens drie Saturn 1-B raketten gelanceerd waardoor astronauten zich naar dit ruimtestation konden begeven in een Apollo ruimtecapsule. Toen ook dit project ten einde liep, werd nog éénmaal een Apollo ruimtecapsule gelanceerd in 1975 die koppelde in een baan om de Aarde met een Russische Soyuz ruimtecapsule tijdens een testproject waaruit later ook het idee van een internationaal ruimtestation zou groeien. Hoe raar dit vandaag de dag ook mag klinken, toch bleek de Amerikaanse bevolking op het einde van het Apollo maanlandingen niet meer wakker te liggen van het feit dat mensen wandelden op een ander hemellichaam. Aangezien Amerika afstevende op een oorlog met Vietnam, besliste men dan maar het maanprogramma stop te zetten en de laatste missies te annuleren. In totaal brachten de Apollo astronauten 382 kilogram aan maanrotsen en bodemstalen terug mee naar de Aarde. Naar schatting zou het hele Apollo project 135 miljard dollar hebben gekost.