Deze rijke opname, gemaakt met ESO’s VLT Survey Telescope – de grootste surveytelescoop ter wereld op zichtbare golflengten, wordt bevolkt door een glinsterende menigte van sterrenstelsels. De kenmerken van de vele sterrenstelsels op de foto stellen astronomen in staat om subtiele galactische details op te sporen. De Very Large Telescope (VLT) van ESO kan gedetailleerde waarnemingen doen van zeer zwakke hemelobjecten. Maar als astronomen willen begrijpen hoe de enorme verscheidenheid aan sterrenstelsels tot stand komt, moeten ze een ander soort telescoop gebruiken – eentje met een veel groter beeldveld.
De VLT Survey Telescope (VST)is zo'n telescoop. Hij is ontworpen om grote stukken van de ongerepte Chileense nachthemel te verkennen, en maakt gedetailleerde astronomische surveys van het zuidelijk halfrond. De krachtige survey-eigenschappen van de VST brachten een internationaal team van astronomen op het idee om een onderzoek te starten van elliptische sterrenstelsels aan de zuidelijke hemel: de VST Early-type GAlaxy Survey (VEGAS) [1] [2]. Met behulp van de gevoelige OmegaCAM in het hart van de VST [3] heeft een team onder leiding van Marilena Spavone van de INAF Capodimonte-sterrenwacht in Napels, Italië, opnamen gemaakt van een groot aantal van zulke sterrenstelsels in verschillende omgevingen. Een van deze sterrenstelsels is NGC 5018, het melkwitte sterrenstelsel ongeveer in het midden van deze foto. Het staat in het sterrenbeeld Virgo (Maagd) en lijkt op het eerste gezicht niet veel meer dan een diffuse klodder. Maar als je goed kijkt, zie je dat dit elliptische stelsel ook een vaag uitsteeksel van sterren en gas vertoont – een zogeheten getijdenstaart. Subtiele galactische details zoals getijdenstaarten en sterstromen zijn kenmerkend voor interacties tussen sterrenstelsels, en zijn van essentieel belang om de structuur en dynamica van sterrenstelsels te kunnen begrijpen.
Naast de vele elliptische (en enkele spiraalvormige) sterrenstelsels op deze indrukwekkende 400-megapixelfoto, is het beeld ook bezaaid met een kleurrijke verscheidenheid aan heldere voorgrondsterren die tot ons eigen Melkwegstelsel behoren. Deze opdringerige sterren, zoals de helderblauwe HD 114746 ongeveer in het midden van de foto, zijn niet de eigenlijke onderwerpen van dit hemelportret, maar staan toevallig tussen de aarde en de verre sterrenstelsels die onderzocht worden. Minder prominent, maar niet minder fascinerend, zijn de vage sporen die planetoïden van ons eigen zonnestelsel op de foto hebben achtergelaten. Vlak onder NGC 5018 is het onderbroken spoor te zien van de planetoïde 2001 TJ21 (110423), zoals dat met tussenpozen door de VST is vastgelegd. Meer naar rechts heeft een andere planetoïde – 2000 WU69 (98603) – zijn spoor getrokken. Terwijl astronomen op zoek gingen naar de subtiele eigenschappen van verre sterrenstelsels, miljoenen lichtjaren van de aarde, legden ze ook beelden vast van nabije sterren op honderden lichtjaren, en zelfs de vage sporen van planetoïden op slechts enkele lichtminuten afstand. Zelfs bij het verkennen van de verste uithoeken van de kosmos, leveren de gevoelige ESO-telescopen onder de donkere Chileense hemel veelbelovende waarnemingen af van dingen die zich veel dichter bij huis afspelen.
Noten
[1] VEGAS is een diepe survey op verschillende golflengten van elliptische sterrenstelsels, uitgevoerd met de VLT Survey Telescope (VST), onder leiding van Enrichetta Iodice van de INAF Capodimonte-sterrenwacht in Napels, Italië.
[2] Elliptische sterrenstelsels worden ook wel ‘vroege’ sterrenstelsels genoemd. Niet vanwege hun leeftijd, maar omdat ooit werd gedacht dat ze tot de bekendere spiraalstelsels zouden evolueren – een idee waarvan we inmiddels weten dat het niet klopt. Vroege sterrenstelsels worden gekenmerkt door hun gelijkmatige ellipsoïdale vorm en gewoonlijk een gebrek aan gas en actieve stervorming. Om de verbazingwekkende diversiteit aan vormen en soorten sterrenstelsels overzichtelijker te maken is de zogeheten Hubble-classificatie bedacht.
[3] OmegaCAM is een uiterst gevoelige detector die is opgebouwd uit 32 afzonderlijke charge-coupled devices – beter bekend als ccd’s – en maakt opnamen van 256 miljoen pixels – 16 keer zoveel als de Advanced Camera for Surveys (ACS) van de Hubble-ruimtetelescoop van ESA en NASA. OmegaCAM is ontworpen en gebouwd door een consortium, waaronder instituten in Nederland, Duitsland en Italië, met belangrijke bijdragen van ESO.