De Apollo 10 ruimtemissie was de vierde bemande ruimtevlucht uit het Amerikaanse Apollo ruimteprogramma. Het doel van deze missie was om voor de tweede maal een crew in een baan om de Maan te brengen. Daarnaast zou er voor het eerst ook een bemande afdaling uitgevoerd worden naar het oppervlak van de Maan tot op een bepaalde hoogte.
Gezagvoerder tijdens deze ruimtevlucht was Thomas P. Stafford. Deze Amerikaanse testpiloot ging voor de Apollo 10 missie al twee maal de ruimte in tijdens het Gemini ruimteprogramma. Command Module Pilot en Lunar Module Pilot waren John W. Young en Eugene A. Cernan. Young had hiervoor ook al twee ruimtevluchten gemaakt tijdens het Gemini ruimteprogramma en zou in 1972 tijdens de Apollo 16 missie ook als negende mens wandelen op het oppervlak van de maan. Voor Cernan was dit zijn tweede missie na de Gemini 9A ruimtevlucht. Dit moest de ultieme generale test worden voor de volgende Apollo ruimtevlucht waarbij astronauten voor het eerst zouden landen op de Maan.
Op 18 mei 1969 vertrok de Apollo 10 bemanning vanop het Kennedy Space Center. Dit was de eerste maal dat een krachtige Saturn V raket gelanceerd werd vanop het lanceercomplex 39B. De commandomodule had van de bemanning de naam “Charlie Brown” gekregen en de LM maanlander luisterde naar de naam 'Snoopy'. Zoals gepland ontkoppelde de commandomodule zich van de S-IVB rakettrap kort nadat het gevaarte zich uit een lage baan om onze planeet begaf waarna de bemande ruimtecapsule zich vasthechtte aan de maanlander dat zich op dat moment nog in de rakettrap bevond. Tijdens de reis van de Apollo 10 astronauten naar de Maan werden er voor het eerst live-televisiebeelden uitgezonden in kleur vanuit de ruimte. Eenmaal beide ruimtetuigen aankwamen bij de maan bleef astronaut John Young achter in de commandomodule waarna de astronauten Cernan en Stafford zich in de maanlander begaven. In een baan om de maan werden de commandomodule en maanlander losgekoppeld van elkaar zodat de crew de radar- en propulsie-onderdelen van de maanlander uitvoerig konden testen. Op 22 mei vloog de 14 ton zware maanlander op een afstand van 15,6 kilometer over het Maanoppervlak. Aangezien deze missie een generale test was voor de Apollo 11 ruimtevlucht werd op dezelfde dag en hetzelfde uur afgedaald naar het oppervlak van de Maan als in de vlieginstructies van de Apollo 11 ruimtevlucht.
Lancering van de Apollo 10 ruimtecapsule bovenop de krachtige Saturn Vraket - Foto: NASA
Na het succesvol volbrengen van deze afdaaltest werd in volle vlucht de daaltrap afgestoten en de stijgmotor van de maanlander tot ontbranding gebracht. Dit manoeuvre zou normaal nooit tijdens volgende afdalingen moeten uitgevoerd worden aangezien de volgende Apollo missies opnieuw zouden vertrekken vanop het oppervlak van de maan. Ondanks het feit dat dit tientallen malen geoefend werd door de bemanning in de simulator had Stafford niet in de gaten dat hij een verkeerde schakelaar had omgezet waardoor de maanlander in alle richtingen begon te draaien. Door de stuurraketten handmatig af te sluiten kregen Cernan en Stafford de kans over te schakelen tot handbesturing van de maanlander waarna men het tuig opnieuw stabiel kreeg. In deze ene minuut werden door de twee astronauten zoveel scheldwoorden naar de Aarde gestuurd dat het Amerikaanse ruimtevaartagentschap NASA verplicht werd deze te censureren. Dit was de eerste maal dat een Maanlander met astronauten aan boord afdaalde naar het oppervlak van de Maan. Na ruim 60 uur in een baan om de maan te hebben verbleven werd de terugkeer naar de Aarde ingezet.
Opname gemaakt door de Apollo 10 bemanning van de Moltke krater - Foto: NASA
Tijdens de terugkeer van de Apollo 10 commandomodule naar de Aarde bereikte het ruimtetuig op 26 mei 1969 een snelheid van 39 897 kilometer per uur. Dit was goed voor een plaats in het Guinness World Records boek. Uiteindelijk landde de drie astronauten op 18 mei 1969 met hun terugkeercapsule in de Stille Oceaan waar de bemanning opgevist werd door het U.S.S. Princeton vliegdekschip. De Apollo 10 terugkeercapsule werd overgebracht naar het Science Museum in Londen waar het vandaag de dag nog steeds te bezichtigen is. Ondanks het probleem met de schakelaar werden alle missiedoelen behaald en nog voor de Apollo 10 bemanning terug op Aarde was werd beslist de Apollo 11 ruimtecapsule over te brengen naar het lanceerplatform. De wereld kon zich nu opmaken voor de eerste echte Maanlanding!