 Naam: Michel  Vandeputte
Naam: Michel  Vandeputte
   Geboortejaar: 1977 
   Woonplaats: Ronse 
   Nationaliteit: Belg
1: Waarom bent u zo geboeid door astronomie?
 Het is een boeiende en fascinerende hobby. De immense  rust die de nachtelijke uren uitstralen weet ik steeds meer en meer te  waarderen. Even weg van de alledaagse druk; onder het zwerk, doodstil, geen kat  in de buurt, en zitten turen naar de donkere sterrenhemel. Fantastisch toch? 
2: Wanneer kwam u met deze hobby voor het  eerst in aanraking?
 Ik betrapte het virus rond het verschijnen van de  bekende komeet Halley in 1986. Ik moet rond die periode ook een glimp hebben  opgevangen van een totale maansverduistering gedurende de avonduren (1985 of  1986?). Ook de ramp met de space shuttle Challenger in 1986 zal ik nooit  vergeten. Kort voor 1990 zag ik enkele vallende sterren in augustus  verschijnen. Waarschijnlijk Perseïden. En dit fascineerde me wel…Tot voor 1990  bleef het bij enkele schuchtere pogingen; maar bij aanvang van dit nieuwe  decennia gingen de stoppen pas echt goed doorslaan en verdiepte ik me grondig  in de boeiende wereld van de astronomie. Eerst een theoretische basis aanleggen  en pas na enkele maanden de praktijk met onder meer het leren herkennen van de  sterrenbeelden en dergelijke. Dat is eigenlijk helemaal niet zo een eenvoudige  klus als je echt van nul moet beginnen. Na enkele sabbatjaren van  experimenteren in verscheidene subspecialiteiten (kunstmanen, bedekkingen,…)  kwam ik erg snel in het wereldje van de meteoren of vallende sterren terecht.  En daar ben ik nooit meer uitgeraakt. Het is een lonende en zeer toegankelijke  tak binnen de sterrenkunde en je hoeft helemaal niet over een zwaar budget te  beschikken om aan meteoren waarnemen te kunnen doen. De Geminidenzwerm in 1991  werd mijn eerste grote actie. 
Ik werd lid van de Vereniging voor Sterrenkunde in 1994 en stuurde mijn eerste datasets naar de werkgroep meteoren in 1995, toen nog onder leiding van Hendrik Vandenbruaene. In 2007 staat de teller inmiddels bijna op 30 000 vallende sterren. Ik ben inmiddels ook werkgroepleider geworden van de werkgroep meteoren.
In 16 jaar waarnemen is inmiddels heel veel gebeurd. De Perseïdenuitbarstingen begin de jaren 90’ en de terugkeer van de legendarische Leonidenzwerm in de periode 1994-2006 liggen inmiddels achter de rug. Tal van meteorenexpedities naar China, Spanje, Duitsland en Frankrijk heb ik meegemaakt om deze uitbarstingen in optimale omstandigheden te kunnen ervaren. Ook voor een andere topzwerm, luisterend naar de naam ‘Geminiden’ worden soms grote manoeuvres uit de kast gehaald. Want voor kenners (en ook voor mij) is dit nog altijd de mooiste onder alle meteorenzwermen.
Buiten het meteoren waarnemen pik ik uiteraard ook andere grote evenementen mee: als de zons- en maansverduisteringen, heldere kometen, poollicht en andere grote evenementen.
3: Wat vindt u het meest waarderend aan deze  hobby?
 Meteoren waarnemen is niet enkel alleen maar ‘vallende  sterren tellen’ aan het firmament. Er kan door hobbyisten heel wat onderzoek  verricht worden. Meteorenzwermen zijn geen constante; ze evolueren voortdurend  naarmate de jaren verstrijken. Onverwachte oplevingen of uitbarstingen behoren  altijd tot de mogelijkheden. Ieder jaar opnieuw is het dan ook belangrijk om  het verloop van een bepaalde meteorenzwerm zo goed mogelijk in kaart trachten  te brengen. Ook het ontdekken en herkennen van nieuwe potentiële zwermpjes  hoort tot één van onze taken. Onze data die we verzamelen wordt op haar beurt  dan gebruikt wordt door professionele vaklui om de evolutie van meteorenzwermen  verder te onderzoeken, modellen te ontwikkelen en accurate voorspellingen te  maken omtrent potentiële uitbarstingen. Dankzij dit laatste kunnen wij dan  expedities of waarneemacties oprichten om een ongewone opleving of uitbarsting  te gaan waarnemen vanuit de meest optimale waarneemplaatsen, waar ook ter  wereld. “To be on the right  place, on the right time”. Het zien van een juist voorspelde  meteorenstorm van op een verre locatie geeft ongelooflijk veel voldoening.
4: Wat  doe je als je voor de verandering je tijd eens níet aan astronomie besteed? 
 Dan zit  ik meestal op de fiets. Want buiten de astronomie ben ik ook een fervent  fietser. Het is zo dat in het voorjaar vaak de fiets primeert; terwijl het  najaar het meteoren waarnemen domineert. Deze combinatie komt goed uit want ik  het voorjaar is er toch nauwelijks meteorenactiviteit te bespeuren. Daar naast  ben ik dan ook nog eens een weeramateur die kickt op het waarnemen van optische  verschijnselen, zwaar weer en koude winters. Als er een onweer in de buurt is  aarzel ik niet om te gaan ‘chasen’, zodoende mooie foto’s te kunnen maken van  deze stukjes natuurgeweld… 
5: Wat is volgens u de grootste doorbraak of  ontdekking geweest in de sterrenkunde?
 De  bevestiging van de ‘big bang’ theorie. 
6: Welk advies zou u aan jongeren geven die interesse  tonen in astronomie?
 Ga eerst  voor een basispakket sterrenkunde en proef van verscheidene subspecialiteiten;  en kies dan voor het gene dat je het best ligt. Astrofotografie, kometen,  planeten, kunstmanen, meteoren…maakt niet uit. 
Meteoren...
7: Als actieve meteoorwaarnemer lig je wellicht veel buiten bij goed weer op zoek naar meteoren, hoe lang neem je dan meestal waar?
 Dat is  zeer variabel. Een standaard waarneming ‘buiten seizoen’ duurt veelal tussen 2 a 3.5 uren waarnemen. In de  zomermaanden juli en augustus ga ik meestal voor volledige nachten als de maan  niet stoort. De nachten duren nog niet zo lang, meestal is het niet koud én de  meteorenactiviteit mag er best wezen. In juli is dat grofweg 4 uurtjes terwijl  dat rond het Perseïdenmaximum al kan oplopen tot 6 uren. In de herfst en  wintermaanden hou ik vaak marathons afhankelijk van de meteorenactiviteit.  Bijvoorbeeld: Leoniden en Orioniden waarnemingen zijn weinig zinvol voor  middernacht omdat het radiant nauwelijks of nog niet boven de horizon gekomen  is. Meestal duren deze waarneemsessies hooguit 6 a 7 uren maximaal. De langste  sessies worden veelal gehouden rond het pieken van de Geminiden. Marathons van  10 uur onafgebroken waarnemen zijn voor mij geen uitzondering. Het is echter  wel verstandig om regelmatig een pauze te houden ;-)
8: : Zoek je ook de kleinere zwermen op met een kleine ZHR of enkel de wat grotere zwermen met een ZHR die meer de moeite is?
 Ik probeer in alle maanden van het jaar waar te nemen, ongeacht de zwermactiviteit. Iedere nacht is verschillend en kan verassingen in petto hebben (onverwachte oplevingen, vuurbollen,…). Een gouden tip is dat je je niet al te veel mag focussen op  maximumnachten. Probeer ook sessies te houden in de nachten voor en na het maximum. Als het maximum dan toch bewolkt verloopt, dan heb je tenminste nog iets van deze zwerm kunnen zien en heb je toch heel wat nuttige data in huis gehaald. 
9: Tijdens een koude winternacht meteoren waarnemen krijg je het toch wel snel koud, wat doe je om niet koud te krijgen en vooral om niet in slaap te vallen?
 Om niet in slaap te vallen: oefenen baart kunst! Lange waarneemsessies kan je niet zomaar zonder enige voorbereiding beginnen. Je ogen en concentratievermogen moeten geoefend worden; net als een sportman in voorbereiding naar een belangrijke wedstrijd moet trainen en conditie opbouwen. Wordt het je even te machtig: neem een pauze, loop je even warm. Of sluit even je ogen voor een kwartiertje of halfuurtje (uiteraard doe je dit NIET bij vriestemperaturen).   Tegen de koude kan je maar beter over goede kledij beschikken. Een goede en koudebestendige slaapzak en kledij zijn een must. Je verliest de meeste warmte langs je extremiteiten. Voorzie dus vooral voor je hoofd, handen en voeten warme kledingstukken, maar snoer deze niet af met bv verschillende paar kousen te gaan aantrekken.    
 10: Heeft u al vaak vuurbollen gezien, zo ja wat was de mooiste of spectaculairste die je ooit hebt gezien?
 Over alle jaren heen heb ik reeds 243 vuurbollen waargenomen met een magnitude van op haar minst –3. Om er één als mooiste te gaan uit pikken, is onbegonnen werk. Maar ik denk wel dat deze ergens uit de roemruchte Leoniden uitbarstingen afkomstig zijn. Legendarische vuurbollen nachten deden zich voor in 1998 en 2001 (in China). De helderste exemplaren lieten het vaak gedurende enkele seconden letterlijk ‘dag worden’ en wierpen schaduwen af. Onvoorstelbaar! Eén Leonide wist me ooit eens letterlijk te verblinden toen  die pal in mijn beeldveld verscheen. Andere Leoniden vuurbollen lieten een nalichtend spoor zien die wel gedurende een half uur (!) met het blote oog zichtbaar bleven. Ook van enkele andere zwermen als de Tauriden, Orioniden, Perseïden en vooral de Geminiden nam ik grote vuurbollen waar.
11: Vele jongeren kijken bij de scouts of andere jeugdbeweging soms ook naar meteoren, voornamelijk in augustus met de Perseïden, welke tips zou je aan hen geven?
 Vooreerst geniet van het spektakel! En bovendien; je hebt er geen dure instrumenten voor nodig.  Diegenen die er iets mee willen aanvangen nemen dan best contact op met de werkgroep meteoren of andere deskundigen; op deze manier kunnen ze via een korte initiatie in meteoren waarnemen spoedig aan de slag en zelve zinvolle waarnemingen produceren. Het werk van de amateurs is immers van groot belang.







