De Skylab 4 bemanning.
Foto: NASA

Astronauten en kosmonauten zijn vaak mensen die als vertegenwoordigers optreden voor hun land en werden in de beginjaren van de bemande ruimtevaart vaak als goden omschreven. Toch zijn dit ook heel normale mensen die dankzij enkele speciale capaciteiten of bijzondere kennis een gevaarlijk beroep uitoefenen en constant onder een hoge druk staan. Ruimtevaarders kunnen net als gewone burgers uit de bol gaan en kunnen net als iedereen wangedrag vertonen ook al werd dit in het verleden vaak verzwegen of geminimaliseerd. In onderstaande lijst vinden we enkele namen van ruimtevaarders terug die er een zeer raar gedrag op nahielden of die zichzelf niet meer onder controle hadden. 

Gherman Titov (Rusland)

Gherman Titov werd met zijn 25-jarige leeftijd niet enkel de jongste astronaut aller tijden maar werd ook, na Joeri Gagarin, in 1961 's werelds tweede mens in de ruimte. Hij verbleef meer dan een dag in een baan om de aarde en zijn vlucht verliep uitstekend wat niet kan gezegd worden van de periode na zijn ruimtereis. Titov raakte betrokken in een hele reeks auto ongevallen en werd regelmatig aangehouden in zijn Volga door de Russische politie. Het karakter van de jonge astronaut veranderde volledig na zijn ruimtevlucht en toen hij terugkeerde uit de Verenigde Staten, waar hij onder andere sprak met president Kennedy, kreeg de jonge man enorme sterallures. Gherman Titov kreeg verschillende waarschuwingen van hogerhand maar raakte telkens opnieuw betrokken in conflicten met de politie. Negen jaar lang heeft hij de titel van "kosmonaut" gedragen maar in 1969 hadden zijn oversten er genoeg van en kreeg hij een rij en vliegverbod en raakte hij zijn financiële toelagen kwijt waarna hij definitief uit het kosmonautenkorps stapte.

Walter Schirra (USA)

Walter Schirra zal ongetwijfeld de geschiedenis ingaan als één van de meest opstandige ruimtevaarders ooit. De Amerikaanse astronaut had tijdens zijn Apollo 7 missie een zware verkoudheid en had al enkele malen laten verstaan aan de vluchtleiding in Houston dat de werkdruk van hem alsook zijn twee mede-astronauten veel te hoog lag en dat ze veel te weinig tijd voor slaap en eten kregen. Toen de vluchtleiding opnieuw een wijziging in het programma voorstelde aan de drie astronauten had Schirra er genoeg van en vertelde hij dat hij er geen zin meer in had. Vanaf nu zou het Shirra zijn die besliste wat er zou veranderen en wat de astronauten allemaal zouden doen. Hij kreeg de volle steun van zijn twee collega's die ondertussen ook heel opstandig waren geworden. De drie astronauten zouden na hun ruimtereis een hartig woordje gaan praten met de mensen van de vluchtleiding maar negen maanden na hun ruimteavontuur verliet Walter Schirra de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA om in het bedrijfsleven te gaan werken.

Edwin Aldrin (USA)

De tweede mens die in 1969 ooit voet zette op de maan kon dit maar moeilijk verwerken en maakte zichzelf graag wijs dat hij samen met Neil Armstrong als eerste een voet plaatste op het maanoppervlak. Heel zijn leven lang werd hij aangesproken als de "eeuwige tweede" en belandde daardoor in een zwart gat. Aldrin raakte aan de drank en zocht zijn toevlucht vaak bij vrouwen. Tegenwoordig verhuurt hij zichzelf voor evenementen maar in 2002 raakte hij plots terug in het nieuws toen hij een kaakslag verkocht aan iemand die beweerde dat de maanvluchten fake waren.

Valeri Rjoemin (Rusland)

Valeri Rjoemin ging in 1977 voor het eerst de ruimte in tijdens de Sojoez 25 missie en maakte daarna nog eens twee ruimtevluchten met een Russische Sojoez ruimtecapsule waarna hij uiteindelijk in 1981 vluchtleider werd in Moskou. In 1992 werd Rjoemin hoofd werd van het Russisch/Amerikaanse samenwerkingsproject in het Mir-Shuttle programma. Collega's van Rjoemin bestempelden de voormalig tankcommandant als "een beest", "een zwijn" en "een idioot" en dit was vooral te wijten aan het arrogante gedrag van de ambitieuze Rus. Rjoemin zou letterlijk hebben gezegd "wat een kindercrèche daarboven" toen de kosmonauten in 1997 in het Mir ruimtestation een hele reeks technische tegenslagen kregen. Volgens Rjoemin waren Amerikaanse astronauten "inferieur" aan Russische kosmonauten en als het van hem had gelegen zou er nooit een vrouw de ruimte in gegaan. Ironisch genoeg is zijn eigen vrouw kosmonaute. In 1998 eiste de Rus een stoel voor zichzelf in de Amerikaanse Space Shuttle om dan zelf maar het verouderde Mir ruimtestation te gaan inspecteren. 

Joeri Romanenko (Rusland)

Toen Russische vluchtleiders wisten dat Romanenko een ruimtevlucht zou maken werden ze voorbereid om op te passen met deze man want om de minste discussie kon hij tot uitbarsting komen. Tijdens zijn lange verblijf aan boord van het Mir ruimtestation kon hij het soms niet laten iemand de huid vol te schelden en één van zijn legendarische uitvallen was "of overbodig personeel acuut uit de controlekamer kon worden gezet" toen een wetenschapster hem vriendelijk vroeg of hij niet wilde vergeten haar experiment in te pakken voor de terugkeer naar de aarde. De kosmonauten die hem een bezoek brachten aan boord van het Mir ruimtestation werden gevraagd op hun hoede te zijn voor deze man en hem goed te observeren maar voor zijn nabije collega's bleek hij een goed mens te zijn. Na zijn carrière als kosmonaut werd Romamenko diceteur van het Boeran programma wat de Russische tegenhanger was van de Amerikaanse Space Shuttle. 

Sultan Salman Al-Saud (Saudi-Arabië)

De Saudische prins en steenrijke zakenman Sultan Salman Al-Saud werd door de Verenigde Staten gevraagd om aanwezig te zijn tijdens het in een baan om de aarde brengen van een Saudische communicatiesatelliet in 1985. Tijdens de training die Al-Saud volgde in Amerika verbleef de man in een hotel dat 1 800 dollar per week kostte, kwam hij met een limousine naar de training en werd overal bijgestaan door veiligheidsmensen. Gedurende zijn ruimtevlucht aan boord van de Space Shuttle nam hij een Koran mee om te bidden maar volgens zijn collega astronauten van diezelfde missie voelde de man zelf zich aan boord van het ruimtevaartuig "compleet verloren".

Gennady Strekalov (Rusland)

In 1995 vroeg de Russische vluchtleiding aan de toenmalige Mir bemanning Strekalov en Dezhurov of ze een ruimtewandeling wilden maken om herstellingswerken uit te voeren aan het Mir ruimtestation maar het antwoord van de Russische kosmonaut Strekalov was klaar en duidelijk: "geen sprake van". Aan boord van het Russische ruimtestation Mir was hij de oudste van de drie en hij zag het nut niet in van een ruimtewandeling aangezien het nodige gereedschap niet aanwezig was en zijn Amerikaanse collega Thagard toen alleen zou achter blijven om het ruimtestation te bedienen. Strekalov was niet om te praten en zijn Amerikaanse collega was bang dat indien hij zou meewerken met de Rus nooit meer een ruimtevlucht zou mogen maken. Het geschil tussen Strekalov en de vluchtleiding op aarde duurde twee dagen en uiteindelijk besloot de vluchtleiding de ruimtewandeling te annuleren. Allebei de Russische bemanningsleden kregen later een boete van 9 000 dollar maar hebben deze nooit moeten betalen. Dezhurov is vandaag de dag nog steeds actief als kosmonaut. Strekalov overleed in 2004.

Anikeyev, Neljoebov en Filatyev (Rusland)

In 1963 werden de drie Russische kosmonauten Ivan Anikeyev, Grigory Neljoebov en Valentin Filatyev aan de kant gezet uit het kosmonautenkorps nadat ze betrokken raken in een relletje met een militaire patrouille in beschonken toestand. De drie werden opgepakt en de toenmalige leiding eiste excuses van de drie maar Filatyev weigerde dit. Door deze weigering werd het trio in 1963 door de Russische ruimtevaartleiding op non-actief geplaatst en wordt Neljoebov overgeplaatst naar een luchtmachtbasis in Siberië waar niemand geloofde dat hij een kandidaat kosmonaut was. In 1966 kwam Neljoebov om het leven komen nadat hij in beschonken toestand onder een trein liep. De overige twee kosmonauten werden door Rusland in alle archieven weggetoverd en pas tientallen jaren later zouden ze een plaats krijgen in de geschiedenis van de bemande ruimtevaart maar dan wel in negatieve zin.

Robert Gibson (USA)

De Amerikaanse Space Shuttle astronaut Robert Gibson wordt in 1990 geschorst omdat hij zijn leven riskeerde tijdens een vliegshow en dit in strijd was met de strenge richtlijnen van de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA. De astronaut werd uit de volgende Space Shuttle missies geschrapt en kreeg daarbovenop nog eens een vliegverbod om met T-38 straalvliegtuigen te vliegen.

Gordon Cooper (USA)

Gordon Cooper was de laatste astronaut die een ruimtevlucht uitvoerde in het kader van het Amerikaanse Mercury ruimteprogramma. In 1965 maakte hij opnieuw een ruimtevlucht tijdens de Gemini 5 missie. Na zijn ruimtevluchten begon hij zich meer en meer te verdiepen in paranormale gebeurtenissen en tijdens zijn periode als piloot in Duitsland in de jaren '50 verklaarde hij vreemde vliegende voorwerpen te hebben gezien. Later bracht hij een boek uit waarin het vol van de complottheorieën stond en volgens hem zou de Amerikaanse overheid waarnemingen van UFO's in de doofpot stoppen. Tot aan zijn dood in 2004 bleef Gordon Cooper beweren dat de Amerikaanse overheid informatie over UFO's en buitenaards leven achterhield ondanks het feit dat er volgens hem honderden meldingen bestonden afkomstig van piloten. 

Georgi Gretsjko (Rusland)

Deze Russische kosmonaut zal waarschijnlijk de ruimtevaartgeschiedenis ingaan als de grappigste aller tijden. Eind de jaren '70 verklaarde Gretsjko dat hij mysterieuze objecten had gezien tijdens zijn verblijf aan boord van het toenmalige ruimtestation Saljoet 6. De internationale UFO gemeenschap zag dit als een grote overwinning doordat voor het eerst een echte ruimtevaarder iets dergelijks toegaf. De vreugde van de UFO gemeenschap was echter van korte duur toen Georgi Gretsjko jaren later bekend maakte dat dit een flauwe grap van hem was en hij helemaal niets zag toen hij uit zijn raampje keek aan boord van het Saljoet 6 ruimtestation. In werkelijkheid waren verfschilfers losgekomen van de buitenwand van het ruimtestation die voor lichteffecten zorgden wanneer de kosmonaut naar buiten keek. 

Gerald Carr, William Pogue en Edward Gibson (USA)

Tijdens de laatste Skylab ruimtemissie in 1973 (Skylab 4) deden zich aan boord van het Amerikaanse ruimtestation Skylab allerlei kleine probleempjes voor waardoor de drie bemanningsleden achterop liepen op hun schema en klaagden over te hoge werkdruk en te lange werktijden. Naarmate het werk aan boord bleef stijgen, raakten de drie astronauten meer en meer vermoeid en stapelden het aantal klachten zich snel op. Volgens de vluchtleiding in Houston was er echter niets aan de hand. Hierop reageerde de astronauten vervolgens met een staking. Na uren overleggen en onderhandelen werd het programma voor de drie Skylab astronauten aangepast en kon de bemanning terug normaal aan het werk. Geen enkele van deze drie astronauten maakten na hun verblijf aan boord van het Skylab ruimtestation ooit nog een ruimtevlucht.

Edgar Mitchell (USA)

Het verhaal van astronaut Edgar Mitchell is wellicht het meest mysterieuze van allemaal. Mitchell, die was opgegroeid in Roswell, bestuurde in de jaren '70 de Apollo 14 maanlander en na zijn terugkeer van de maan vertelde de astronaut steeds over geheime proefjes die hij uitvoerde uit het zicht van zijn collega. Volgens Mitchell waren de echte wetenschappelijke experimenten een plan om iedereen op het verkeerde been te zetten en hadden zijn eigen geheime proeven uitzonderlijk goede resultaten opgeleverd. Wetenschappers die zijn studie onderzochten, zagen niets speciaals maar deze hadden volgens Edgar Mitchell dan ook totaal geen verstand van statistiek. Toen de astronaut bij NASA wegging, begon hij zich ook meer en meer in paranormale kringen te begeven en richtte hij een new-Age instituut op dat zich onder andere bezighoudt met de studie naar het bewustzijn. In 2009 nam Mitchell ook deel aan 'The Disclosure Project' waarin veel belangrijke mensen getuigden dat buitenaards leven bestond en dat overheden dit zouden verzwijgen. 

Kris Christiaens

K. Christiaens

Medebeheerder & hoofdredacteur van Spacepage.
Oprichter & beheerder van Belgium in Space.
Ruimtevaart & sterrenkunde redacteur.

Dit gebeurde vandaag in 1807

Het gebeurde toen

De Duitse astronoom Heinrich Wilhelm Matthias Olbers ontdekt de planetoïde 4 Vesta. Dit is de op twee na grootste planetoïde in de hoofdring tussen de banen van de planeten Mars en Jupiter en is tussen de 468 en 530 kilometer in diameter. Haar grootte en haar ongewoon heldere oppervlak maken van Vesta ook de helderste planetoïde. De vorm van Vesta is ongeveer bolvorming en het oppervlak en het oppervlak wordt gekenmerkt door een enorme krater met een diameter van 460 kilometer op de zuidpool. Foto: NASA

Ontdek meer gebeurtenissen

Redacteurs gezocht

Ben je een amateur astronoom met een sterke pen? De Spacepage redactie is steeds op zoek naar enthousiaste mensen die artikelen of nieuws schrijven voor op de website. Geen verplichtingen, je schrijft wanneer jij daarvoor tijd vind. Lijkt het je iets? laat het ons dan snel weten!

Wordt medewerker

Steun Spacepage

Deze website wordt aan onze bezoekers blijvend gratis aangeboden maar om de hoge kosten om de site online te houden te drukken moeten we wel het nodige budget kunnen verzamelen. Ook jij kunt uw bijdrage leveren door ons te ondersteunen met uw donatie zodat we u blijvend kunnen voorzien van het laatste nieuws en artikelen boordevol informatie.

23%

Sociale netwerken